OZ 1 hotseknotsend naar winst (6½-1½, maart 2016)
Schaakvereniging Almere organiseert ieder jaar een toernooitje met een alternatieve puntentelling dat wisselt van naam: Hatseflats- of Hutseflutstoernooi en dit jaar staat het Hotseknotstoernooi gepland. We zijn benieuwd waar ze volgend jaar mee komen. Het Knasterbast- of Bingobongotoernooi? De dichter Cees Buddingh had er wel raad mee geweten (“Ik ben een blauwbilgorgel, / Als ik niet wok of worgel, / Dan lig ik languit in de zon / En knoester met mijn knezidon.”) Maar alle gekkigheid terzijde. Het gaat ons hier om de wedstrijd Oud Zuylen 1 – Almere 2, KNSB 3D.
Dirk en Huib waren als eersten klaar. Huib sprak van een één-tweetje en patsboem! De partij van van Dirk verliep ietwat subtieler, maar ook hier schrompelde de vijandelijke stelling als een kriks ineen (Buddingh).
Ook Frans won in bingobongostijl. Hij stond heel mooi en het publiek verkeerde al in flubberflabber. Toch ging dat niet zonder krak of mik en hij kwam zelfs wat krakker te staan. Tot zijn tegenstander dacht mat in twee te geven. Er zat echter een knoert van een lek in: hij had een schaakje over het hoofd gezien. Bingo!
Toen uw verslaggever de speelzaal betrad, stond Arie al een licht stuk en een paar pionnen voor. Arie kon daar wel mee overweg en schoof het zonder wok of worgel uit. Intussen zat Ed nogal ontspannen achter het bord, alsof hij languit in de zon lag. Een positioneel stukoffer had hem kennelijk een comfortabele stelling opgeleverd. Hij knoesterde zijn knezidon en knasterde het volle pond.
Jaap leek te gaan winnen maar zijn tegenstander verdedigde goed en wikkelde op gewiekste wijze af naar een eindspel van paard en toren tegen dame. De dame van Jaap was net niet mans genoeg om voldoende pionnen op het bord te houden. Remise derhalve. De halve punten van Marcel en Jan Maarten zorgden er ten slotte voor dat Oud Zuylen ongeslagen bleef. 6½-1½, hatseflats!
Oud Zuylen 3 – De Damrakkers 1 (april 2015)
Het bekende ensemble Oud Zuylen 3 moest wederom musiceren, in dit geval met als gastkoor De Damrakkers. Vorig jaar werd het 7-1 voor ons octet (voor Oud Zuylen was dat de eerste SGS-wedstrijd met het nieuwe speeltempo, inmiddels gesneden koek voor iedereen). Zou dat deze keer ook lukken? Ons eigen knapenkoor was niet compleet: twee tenoren waren op tournee en onze mezzosopraan lag in de lappenmand. Maar wij waren natuurlijk ook door schade en schandknapen wijs geworden en hadden onze gelederen versterkt met twee Bassen en een bariTon (te weten de Bassen Jubels en Lobik, benevens Ton Mackaaij). Alleen de solisten aan de twee hoogste borden zongen een toontje lager: remise voor Harm en verlies voor Ton. Deze dissonanten vielen evenwel in het niet bij het eenstemmige sextet, dat in het slotkoor de zaal tot een dramatisch hoogtepunt bracht, daarbij krachtig ondersteund door de twee invallende Bassen: 6,5-1,5.
OZ 1 – Aartswoud, Io vivat! (december 2015)
In 28 n. Chr. vond De slag in het Woud van Baduhenna plaats, waarbij de opstandige Friezen de Romeinen versloegen. De Romeinen lieten het er voorlopig maar bij. Voor de ongeletterden die de bestseller De Bello Gallico van Julius C. niet hebben gelezen: voorbij de noordgrens van het rijk hadden de Romeinen sowieso niet veel te zoeken, in de onbegaanbare moerassen ten noorden van ons Traiectum wilde niemand wonen, Vinkeveen bestond nog niet en de Frisii waren altijd al een weerbarstig volkje.
Bijna tweeduizend jaar later, afgelopen zaterdag om precies te zijn, trok er een legertje West-Friezen vanuit Aartswoud naar het huidige Utrecht, kennelijk om ons castellum Domus Traiectum te belegeren. Ha! Aartswoud is een dorp bij Lutjewinkel, bekend om de walvisvaarders, toen het nog aan zee lag, lang voor de inpoldering en de Omringdijk, die nog altijd de grens van West-Friesland bepaalt, maar dit terzijde. De gladiatoren van Oud Zuylen werden bijgestaan door een enkele onderworpen Galli?r. Gelukkig was uw geschiedschrijver Appolonius Gaius Crapulus niet geheel toevallig aanwezig (u weet wel, die gevierde collega van Herodotus en Tacitus) om dit treffen vast te leggen voor het nageslacht.
Aanvankelijk leken de Aartswoudianen weinig weerstand te bieden.? Franciscus Sanitus aan bord 3 zegevierde als eerste. Bij Jupiler!
In de partij van Johannus Martinus Arboretum was er niet veel aan de hand, volgens zijn zeggen. Met zwart kon hij kon hij zelfs geen roestig zwaard met handen breken. Toch een heel nuttig gelijkspel na een wat mindere seizoenstart van de oude GZZ-kampioen. Dircus Floridus was ietwat ontevreden over zijn remise en Jacobus van der Tuccetum kwam beter uit de opening. Daarna had hij een zwak momentje, verklaarde hij. Opeens was de boel niet meer te redden. Volgens de ongelukzalige lag het aan de ‘zaterdagmiddag’ en beginnen die partijen volgens hem gewoon te vroeg. Er zijn trouwens ook clubs waar die KNSB-partijen al om 12.00 uur beginnen. Stupiditas vincit!
Arius Nero speelde daarentegen een partij uit ??n stuk. Langzaam maar vastberaden drukte hij de vijand in de hoek en won. Ook Marcellus Otiosus haalde een welkom half punt binnen. Daarna stond het weliswaar 3,5-2,5 voor onze legionairii, maar daarmede was de slag nog niet beslecht. Het werd nog een gespannen situatie. Hubertus Olidus en invaller annex preases Eduardus Editus bleven maar doorvechten, de eerste met een pion achter, de laatste met een pion voor. Terwijl de rest der aanwezigen zich laafde aan het gerstenat, duurden de gladiatorengevechten voort. Nunc est bibendum, riep de geschiedschrijver. (“Nu is het tijd om te drinken” (Henk Horatius, Odes I, 37, 1)) Opgelucht konden we klinken toen beide partijen in remise eindigden. Die van Hubertus was een zwaarbevochten remise. Het publiek dacht even dat hij de winst op zeker moment had gemist, maar de spelers zelf hadden het beter gezien. Remise was een terechte uitslag.
Veldheer Io Fluitarius kon tevreden zijn. Aan de bar galmde het dan ook: Io vivat! Io vivat Nostrorum sanitas!* Publiek was overigens ruimschoots aanwezig. Het volk wilde brood en spelen dat kreeg het ook! Terwijl Leonardus Caesar de arena controleerde op ongedierte, Johannus Gijnitalius nog een offer aan Bacchus bracht, Juditia Amabilis die veldheer Io bijstond, kwam ook dux externus Antonius Maiusculus de manschappen aanmoedigen, daarbij vergezeld door zijn zoon Minusculus. Het resultaat was 4,5-3,5 voor de Oudzuyliaanse krijgers.
Ave! Scacchitori te salutant.
*Hoera, zij leve lang! Hoera, zij leve lang:
de gezondheid van ons ieder!